Het bereiken van de uiteindelijke volledige bevrijding van onbevredigendheid (dukkha) is een gradueel proces bestaande uit vier stadia.
In de tijd van de Boeddha waren er mensen die dusdanig goede mentale kwaliteiten hadden dat zij na het horen van een enkele vers van de Boeddha in één keer alle stadia doorliepen, maar vandaag de dag hoeven wij door de mentale staat van de mensheid niet de illusie te hebben dat ons dit zal overkomen.
Voordat men begint aan het pad dat leidt tot bevrijding is men een anda-puttujana, wat zoveel betekent als blinde wereldburger.
Als de wereldburger luistert naar Dhamma, geïnspireerd raakt en aan het pad begint door het beoefenen van moraliteit, concentratie en wijsheid wordt hij door toenemende inspanning langzaam maar zeker een kalyāṇa-puttujana, een nobele wereldburger die het pad naar bevrijding bewandelt.
Na langdurige, geduldige en vasthoudende inspanning voert het pad uiteindelijk in vier stadia naar Nibbāna.
Stroombetreder
Totdat men het eerste stadium bereikt is men niet veilig, niet zeker. Dat men wel veilig en zeker is, is dan ook gelijk het eerste kenmerk van het ingaan van de vier stadia.
Op het moment dat Nibbāna voor het eerst door het bewustzijn als object wordt genomen bereikt men het eerste stadium, dat van stroombetreder (Sotāpanna).
Men betreedt de stroom die onherroepelijk binnen zeven levens tot volledige bevrijding voert en is zeker van een wedergeboorte in het mensenrijk of hoger.
Het stadium zelf kenmerkt zich door onwankelbaar vertrouwen in de Boeddha, Dhamma en Sangha voortkomend uit de eigen ervaring, en het aanhoudende onvermogen om nadien de morele leefregels van de Boeddha te overtreden.
Eens-terugkeerder
Door verder en verdiepende ervaring met Nibbāna volgt het volgende stadium, dat van de eens-terugkeerder (Sakadāgāmī) die zoals de naam al doet vermoeden nog maar één toekomstig leven heeft voordat volledige bevrijding zal worden bereikt. In dit stadium worden boosheid en verlangen blijvend sterk verzwakt.
Niet-terugkeerder
Weer een stadium verder is dat van de niet-terugkeerder (Anāgāmī) die na het overlijden in een zeer hoge leefsfeer (wereld) terecht komt waar hij of zij verblijft totdat Nibbāna is verwezenlijkt. In dit stadium zijn boosheid en verlangen volledig en blijvend vernietigd.
Arahant
Het laatste stadium is dat van de Arahant (Arahat), die in dit leven de volledige bevrijding heeft bereikt door de allerlaatste mentale corrupties tot in de wortel te hebben uitgeroeid, met name de uiterst hardnekkige en zeer subtiele zienswijze dat er een ‘ik’ is.
Na het overlijden gaat de Arahant het Parinibbāna in, dat wil zeggen ‘Nibbāna zonder dat er nog een lichaam is’.
Vragen als ‘Waar is dit? Is dit een plek? Waar is de Boeddha?’ zijn foutieve vragen voortkomend uit de zienswijze dat er een ‘ik’ is dat ‘ergens’ heen gaat terwijl juist het volledige opgeven hiervan een kenmerk van volledige bevrijding is.
Uit bovenstaande kan worden opgemaakt dat het van groot belang is om te streven naar het eerste stadium, dat van de stroombetreder, om de veilige haven te bereiken waarin er geen groot toekomstig lijden meer zal zijn en bevrijding met zekerheid zal volgen.
In de woorden van Ahba:
“Nu ben je niet zeker van je toekomst, maar als je blijft beoefenen, blijft proberen, dan zal je de zekerheid bereiken, dan is er geen groot lijden meer.”
Deze tekst werd eerder gepubliceerd in De Vier Edele Waarheden: Essentie van de Dhamma.
Wil je beginnen met mediteren of ben je op zoek naar meer verdieping?
Wij bieden persoonlijke begeleiding, volledig op donatie basis.
Je moet zelf de inspanning leveren, de Boeddhas wijzen slechts de weg
Boeddha, Dhp 276