Het woord ‘mindfulness’ als aanduiding van een meditatiesysteem vond zijn intrede in het Westen toen John Kabat-Zinn in 1979 zijn programma van ‘Mindfulness-Based Stress Reduction’ (MBSR) aan de Universiteit van het Massachusetts Medical Center opstartte.
Sindsdien wordt mindfulness door therapeuten gebruikt in de behandeling tegen stress, pijn, angst, etc. Maar ook werkgevers bieden mindfulness aan en er zijn inmiddels tal van boeken die mindfulness koppelen aan dagelijkse activiteiten zoals koken, bloemschikken, wandelen, werken etc.
Het mindfulness-fenomeen is big business geworden. Mindfulness vindt zijn oorsprong echter in de Dhamma, de leer van de Boeddha. Daar heeft het een zeer prominente plek in de weg die voert tot bevrijding van het lijden.
Het moderne ‘mindfulness’ is volledig losgemaakt van deze diepe leer om het toegankelijker te maken voor de westerse mens.
Voor de goede orde, er is niets mis met het gebruik van mindfulness als therapie. Echter, als men begint aan het boeddhistische pad naar bevrijding middels samatha-meditatie krijgt ‘mindfulness’ een andere lading.
Boeddhistisch ‘Mindfulness’
We beginnen met de vertaling ‘mindfulness’. Dit is namelijk een vertaling van de boeddhistische term sati.
Bhikkhu Bodhi maakt in zijn essay What does mindfulness really mean duidelijk wat sati betekent:
Sati betekent het zich herinneren van, en de lucide aandacht voor huidige gebeurtenissen. Sati zorgt ervoor dat het waargenomen object duidelijk en levendig op de voorgrond van het bewustzijn komt te staan. Als het object dat wordt waargenomen te maken heeft met het verleden – als het iets betreft dat eerder werd gedaan, gedacht of gesproken – dan heeft de heldere presentatie de vorm van herinneren. Als het object een lichamelijk proces betreft, zoals in- en uitademen of heen en weer lopen, of als het een mentale gebeurtenis is zoals een gevoel of gedachte, dan heeft de heldere presentatie de vorm van lucide gewaarwording van het heden.
In de Pali sutta’s heeft sati nog andere taken in relatie tot meditatie maar deze bekrachtigen haar karakteristieken in termen van lucide gewaarwording en heldere presentatie. De teksten spreken bijvoorbeeld over typen sati als het in gedachten brengen van de Boeddha (buddhānussati), het contempleren van de weerzinwekkendheid van het lichaam (asubhasaññā), en bewuste aandacht ten aanzien van de dood (maraṇasati); want elk van deze typen brengt het object helder in het bewustzijn. De Mettā Sutta refereert zelfs naar de meditatie op liefde-vriendelijkheid als een soort bewuste aandacht. In elk van deze situaties is het object een conceptueel fenomeen – de kwaliteiten van de Boeddha, de weerzinwekkendheid van het lichaam, het onontkoombare van de dood, of liefde voor levende wezens – en toch wordt de mentale houding die er aandacht aan geeft bewuste aandacht genoemd. Wat al deze dingen gemeenschappelijk hebben, vanuit het subject gezien, is de lucide gewaarwording en helderheid van de aandacht, en vanuit het object, de heldere presentatie.
Sati wordt vaak ingedeeld in vier Satipaṭṭhāna’s, dat wil zeggen vier fundamenten van bewuste aandacht. Dit zijn vier verschillende domeinen waarop de aandacht zich kan richten om sati te ontwikkelen. De vier zijn lichaam, gevoel, bewustzijn en dhamma’s.
We zullen in dit schrijven niet verder op deze vier ingaan maar verwijzen hiervoor naar de uitstekende uiteenzetting over de Satipaṭṭhāna sutta door Bhikkhu Analayo in zijn boek Satipatthana, the Direct Path to Realization en naar onze tekst Mindfulness volgens de Boeddha.
De Rol van Sati bij de Ontwikkeling van Samādhi
Ahba leert dat sati niet los gezien kan worden van samādhi (concentratie).
Sati moet zo vaak mogelijk worden beoefend gedurende de dag. Als je zwakke sati hebt krijg je lage concentratie, stevige sati geeft hoge concentratie.
Je dient dan ook altijd je bewustzijn te kennen, te weten waar het is, en tijdens de meditatie het bewustzijn binnen te houden en op het meditatieobject te richten.
Sati is dan ook niet het doel op zich maar een van de factoren van het proces.
Thanissaro Bhikkhu schrijft hierover in zijn tekst The Path of Concentration and Mindfulness:
Veel mensen vertellen ons dat de Boeddha twee verschillende soorten meditatie onderwees – mindfulness-meditatie en concentratie-meditatie. Mindfulness-meditatie, zo zeggen ze, is de directe weg, terwijl het ontwikkelen van concentratie de scenic-route is die je op eigen risico moet nemen omdat het heel makkelijk is om betoverd te raken en niet meer los te komen van die betovering. Maar als je echt kijkt naar wat de Boeddha onderwees, dan zie je dat hij de twee beoefeningen nooit heeft gescheiden. Het zijn beiden onderdelen van een geheel. Elke keer als hij bewuste aandacht (sati) en de plek daarvan op de weg uitlegt, maakt hij duidelijk dat de bedoeling van bewuste aandacht (sati) is om het bewustzijn tot juiste concentratie te brengen – ervoor te zorgen dat het bewustzijn tot rust komt en een plek vindt waar het echt stabiel is, thuis is, waar het standvastig naar dingen kan kijken en ze kan zien voor wat ze daadwerkelijk zijn.
Sati, of je het nu vertaalt met mindfulness, lucide gewaarwording of bewuste aandacht is dus een belangrijk onderdeel van het gehele boeddhistische pad van moraliteit, concentratie en wijsheid dat voert naar het loskomen van verlangen en het verwerven van mentale bevrijding.
Deze tekst werd eerder gepubliceerd in Samatha Meditatie: Fundament voor Inzicht.
Wil je beginnen met mediteren of ben je op zoek naar meer verdieping?
Wij bieden persoonlijke begeleiding, volledig op donatie basis.
Je moet zelf de inspanning leveren, de Boeddhas wijzen slechts de weg
Boeddha, Dhp 276